Kunsthistorische waarde
De betonreliëfs in de voormalige Eerste Christelijke LTS Patrimonium aan de Vrolikstraat, nu het Cygnus Gymnasium, hebben grote kunsthistorische waarde en ijkwaarde. Het zijn namelijk de eerste gerealiseerde betonreliëfs op groot formaat. Ze hebben ook kunsthistorische waarde als kunstwerken in de abstract-figuratieve stijl en hebben waarde als kunstwerken van de bekende monumentaal kunstenaar Harry op de Laak. De meeste van deze in totaal tien betonreliëfs bevinden zich in het trappenhuis. Bij de fietsenstalling is een man afgebeeld met een betonmolen. Deze figuur doet sterk denken aan de Modulor, een mensfiguur die de Franse architect Le Corbusier bedacht en die staat voor het ideale maatsysteem, de Gulden Snede. Le Corbusier was, voor zover bekend, de eerste die in 1947 het betonreliëf introduceerde; de Modulor is zijn eerste betonreliëf in het gebouw l’Unité d’Habitation in Marseille. Op de Laak was een prominent lid van De Realisten en van de Vereniging van beoefenaars der Monumentale Kunsten. Zijn invloed op monumentale kunstenaars was groot, omdat hij van 1974 tot 1986 hoogleraar Monumentale Kunsten aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten was. Hij beoefende veel verschillende technieken, zoals glas-in-lood, glasappliqué en mozaïek.